Schilderijen
Voor haar schilderijen gebruikt Melania de laatste jaren vooral acrylverf, die in dunne laagjes over elkaar geschilderd worden.
Er ontstaan dan diepe, warme kleuren. Tijdens het schilderproces kunnen de afbeeldingen hierdoor steeds veranderen.
“Ik begin het liefst met twee kleuren, waarmee ik zo lang mogelijk door schilder. Na verloop van tijd vraagt het schilderij om een extra kleur. Of niet. Dat kan een complementaire kleur zijn, of juist een die al dicht bij de gebruikte kleuren ligt. Met die kleur wordt het schilderij dan helemaal af.”
Vaak blijven de beelden die op deze manier ontstaan abstract, of net herkenbaar.
Een enkele keer komt er één duidelijk beeld naar voren, maar meestal valt er heel veel te ontdekken in de schilderijen.
“ Van te voren weet ik niet wat ik ga maken. Mijn intuïtie leidt me als het ware door het schilderij. Pas als ik een beeld herken probeer ik dit te versterken door het aanzetten van kleur of juist kleur weg te laten. Ik laat me eigenlijk gewoon leiden door de vormen en de nieuwe kleuren die op het doek ontstaan.”
Opdrachten
Melania schildert ook in opdracht. Omdat zij intuïtief werkt, weet je van tevoren niet hoe het schilderij er precies uit komt te zien.
“ Op zich maakt dat niet uit. Men heeft mijn werk gezien en kent de stijl waarin ik schilder. Voordat ik met het schilderij begin wil ik natuurlijk wel graag weten voor wat voor iemand het schilderij wordt, zodat ik het op diegene kan afstemmen. Want het is altijd mijn bedoeling iets persoonlijks te maken.. De eerste twee kleuren die ik voor het schilderij gebruik worden door de opdrachtgever bepaald. Gelukkig past wat ik maak altijd bij degene waar het schilderij voor bedoeld is, men is altijd heel blij met het resultaat!”
Naast het schilderen met acryl gebruikt Melania de volgende technieken:
Nat-in-nat: met aquarelverf of natgemaakt papier.
Sluieren: in laagjes met sterk verdunde aquarelverf op opgespannen droog aquarelpapier.
Aquarelpotlood: met potlood en water op een witte, papieren achtergrond.
Pastel: met pastelkrijt op witte of gekleurde ondergrond.
Oliekrijt: met oliepastel op aquarelpapier. Dit wordt vervolgens met olie verder bewerkt.
Houtskool: met houtskool vooral zoekend naar licht en duister. .